Tips over organisatieverandering? Meld je aan voor onze Nieuwsbrief en krijg een gratis hoofdstuk uit Verandering 3.0

Hoe krijgen we continue verbetering als echt alle seinen hier op ‘voorzichtig’ staan? – Inzicht en beweging in je organisatiecultuur via fractale patronen

‘Wat je nu doet, is wat je altijd doet,’ zegt Peter. Hij deelt zijn favoriete oneliner in de weekly standup, niet toevallig, direct na de bijdrage van Charlotte van de helpdesk. Hij ergert zich namelijk al maanden aan de manier waarop zij omgaat met klanten, en daar altijd een of ander excuus voor heeft. Hij […]

‘Wat je nu doet, is wat je altijd doet,’ zegt Peter. Hij deelt zijn favoriete oneliner in de weekly standup, niet toevallig, direct na de bijdrage van Charlotte van de helpdesk. Hij ergert zich namelijk al maanden aan de manier waarop zij omgaat met klanten, en daar altijd een of ander excuus voor heeft. Hij hoopt dat zij en de andere teamleden de hint begrijpen. Dat hij daarmee zelf ook ‘doet wat hij altijd doet’, namelijk commentaar leveren via de band, heeft hij niet in de gaten.  

De essentie van patronen is dat ze zich herhalen.

In het klein zie je overal terug wat je in het groot – op patroonniveau – doet. 

‘We are not stuff that abides, but patterns that perpetuate themselves’. 
Norbert Wiener, The Human Use of Human Beings 

In de organisatie van Peter moet je bij binnenkomst letterlijk om de receptie heen om binnen te komen. Calls mogen alleen via Teams worden gevoerd, beschermd met een wachtwoord. Breekbare spullen staan keurig in vitrines, overal hangen bordjes met instructies en waarschuwingen. En mensen spreken elkaar dus ook alleen via de band aan, in de hoop dat het opgepikt wordt. Het zijn allemaal ‘fractalen’ waarin je een dominant organisatiepatroon terugziet: we zijn hier voorzichtig.  

Niet zo gek, als je nagaat dat ze gevoelige informatie verwerken. Maar het zit ze ook in de weg om de gewenste continue verbetering in het DNA te krijgen.  

Net als een roosje van een broccoli dezelfde structuur heeft als de hele stronk (en een stukje van een roosje ook weer), zie je de cultuur van een organisatie terug in heel veel fractalen. Het zijn micro-uitingen van de grotere patronen.  

Organisatiepatronen zijn een samenspel van (uitingen van) allerlei gedragingen bij elkaar.

En de organisatiecultuur is niets meer dan het samenspel van die patronen.  

Je ziet die cultuur dan ook in heel veel kleine uitgingen terug. Je kunt een organisatiecultuur op die manier eigenlijk vrij snel herkennen, als je fractalen leert spotten.  

Fractalen van cultuurpatronen zijn er in vele soorten en maten.  

Denk maar aan:  

  • Hoe de website eruitziet 
  • Hoe je ontvangen wordt: of en waar je je auto kan parkeren bij aankomst, hoe je aangesproken wordt bij binnenkomst, of je meteen kan doorlopen, of je een kopje koffie krijgt (en wat voor koffie …), aan hoeveel regels je je te houden hebt 
  • Of calls beginnen met een praatje pot, persoonlijke vragen of dat je direct de inhoud induikt 
  • Hoe netjes, steriel of juist persoonlijk de gangen en werkruimtes eruitzien 
  • Hoeveel mensen eerder inloggen op de online meeting; of, hoe en met wie ze in gesprek gaan 
  • Wat mensen aan hebben (en tegenwoordig: wat ook niet…?) tijdens meetings, of ze bij online calls standaard een achtergrondje aanhebben of zichtbaar zijn tussen weggeslingerde spijkerbroeken van de puberzoon  
  • Wie met wie praat tijdens een lunch of borrel, en tijdens formele meetings.  
  • Hoeveel lijstjes, stickers, bordjes, uitgeprinte plannen, online whiteboards er gebruikt worden, en wie die maakt (of mag maken) 

En oneindig veel meer.  

Je ziet fractalen fysiek, in de ruimte in en rond de organisatie.

Daar waar mensen meer online of hybride werken zie je fractalen ook. Bijvoorbeeld in de mate van offline contacten en de manier waarop online samenwerkingen worden ingevuld. Hoe mensen erbij hangen in Teams, achtergrondjes aan of niet. Met peuk in de hand of glas wijn erbij op vrijdagmiddag.

Cultuur uit zich namelijk altijd. En dus kun je zowel online als in de fysieke ruimte fractalen treffen.  

Maar pas op: niet alles wat je ziet of hoort is een fractaal.  

Soms zie je iets wat slechts een deel van een patroon is, of staat het op zichzelf. Als stelregel hanteren we: zie je iets een keer, dan is het toeval, zie je het twee keer, dan is dat interessant, zie je het drie keer, dan zou er wel eens sprake kunnen zijn van een patroon.  

Fractale patronen

Een fractaal hoeft niet letterlijk als bij een broccoli er exact hetzelfde uit te zien als het geheel.

Een fractaal is een uiting waarin je dezelfde kenmerken en structuur terugziet.

Toen we bij een hogeschool specifiek op zoek gingen naar fractalen om de organisatiecultuur te duiden, zagen we op verschillende manieren de spanning tussen aandacht voor het individu en samenwerken vanuit gezamenlijkheid terugkomen. In hoe in lessen individu volledig in de spotlight staan, op de website waar vooral de grote successen van individuele oud-leerlingen worden uitgelicht en in de vele briefjes met instructies om rekening met elkaar te houden, die op grote schaal worden genegeerd. Allemaal fractalen van hetzelfde patroon, ook al zijn ze alle drie anders.  

Het spotten van fractalen vraagt daarom een getraind oog.

Niet alle uitingen zijn relevant. Het is ongelofelijk belangrijk om je eigen aannames, voorkeuren en verwachtingen tijdelijk los te laten. Om feitelijk te observeren en opvallende zaken hooguit als hypothese te hanteren tot je meer bewijs hebt. Om ook te zien wat er ontbreekt, wat er juist niet is maar wat je, vanuit de logica van het systeem, wel zou verwachten.  Om de gelijkenis in kenmerken en structuur te zien.

Dat kun je alleen als je de vaardigheid hebt om een mentaal model op te bouwen van het systeem zelf. Modelleren noemen we dat ook wel. Een beetje zoals een antropoloog verwonderd naar een andere cultuur kijkt en daar chocola van probeert te maken.  

Leuk. Maar eh…. wat kun je er dan mee?  

Door fractalen met elkaar in verband te brengen, kun je vanuit hele concrete observaties een snelle doorkijk geven in je organisatiecultuur. Zonder dat je daar eerst heel uitgebreide onderzoeken voor hoeft te starten.  

Als je die observaties koppelt aan cultuurpatronen die je erin herkent en dat toetst met een dwarsdoorsnede van de organisatie, kun je met die groep samen de betekenisgeving (af-)maken. Of het nu waar is of niet wat jij als onderzoeker ziet, is namelijk niet erg relevant als de organisatie zelf het niet herkent.  

Het doel is dan niet zozeer de waarheid op tafel te leggen. Het doel is om inzicht te bieden in hoe de cultuur in elkaar steekt, met concrete voorbeelden die men dagelijks tegenkomt, om te bepalen wat daarvan wenselijk is en wat wellicht ook niet. Zodat de organisatie zelf daar iets mee kan, voorbij het ‘goh, interessant om te weten’.  

Wat je daar als organisatie mee kunt, is tweeledig.  

Aan de ene kant is het goed om te erkennen hoe het gewoon is.

Weten wat je voedingsbodem is waarin je veranderzaadjes wilt gaan zaaien. Zodat je ook kunt inzetten op die veranderzaadjes die bij jullie nu eenmaal meer kans van slagen hebben.  

Aan de andere kant kunnen de fractalen concrete handvatten bieden om aan te pakken.  

In de organisatie van Peter zijn beide aan de orde.  

De aard van hun werk betekent dat ze niet zomaar alle voorzichtigheid overboord kunnen gooien. Zorgvuldig omgaan met de gevoelige data is hun bestaansrecht. In iedere verandering die ze willen realiseren, hebben ze daar rekening mee te houden: dat is. Punt. 

Anderzijds kunnen ze met het aanpakken van enkele fractalen goede voorbeelden geven dat niet op álle vlakken voorzichtigheid nodig is. Hun wens om continue verbetering in het DNA van de organisatie te krijgen, vraagt namelijk om bewegingsruimte voor open onderzoeken, experimenteren en ook fouten mogen maken. Zo kunnen ze een deel van de spullen best buiten een vitrine laten staan, niet alle calls hoeven met een wachtwoord beveiligd te zijn en ze kunnen driekwart van de bordjes met instructies en waarschuwingen gewoon weghalen.  

Daarmee zijn ze er hoogstwaarschijnlijk niet, maar het is wel een duidelijk en zichtbaar signaal: er gaat hier een andere wind waaien.   


Om te toetsen of je, zonder voorkennis over een organisatie, via de weg van fractalen snel en zinvol inzicht kunt bieden in de organisatiecultuur, deden we Fractalenonderzoeken bij een viertal organisaties. De resultaten van die onderzoeken, en de kenmerken die deze manier van cultuuronderzoek doen uniek maken kun je lezen in het whitepaper dat we hierover geschreven hebben.  

Een versie van dit blog verscheen eerder op www.managementsite.nl

print dit artikel

Thema: hoe verandert ons gedrag, al dan niet van nature?
Meer over dit thema

'Werken met wat er is': continu schakelen tussen wat je wilt bereiken en wat er is.
Meer over deze van de 7 essentiële principes over Veranderen 3.0

About the author

Wendy Nieuwland is een van de partners van Gewoon aan de slag en mede auteur van het boek ‘Veranderen 3.0 - zeven essentiële principes voor organisatieverandering van binnenuit.’

Leave a Reply


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.